Betekenis van Devadatta
Devadatta is een veelzijdig figura in verschillende geografische en culturele contexten. In de boeddhistische traditie is hij bekend als een antagonist van de Boeddha die geprobeerd heeft hem te schaden, onder andere door een rots naar hem te werpen. Dit illustreert zijn wrok en jaloezie. In de Theravada traditie wordt hij vaak afgebeeld als een personage dat de eenheid van de Sangha bedreigt en moreel verval vertoont. Zijn daden vertegenwoordigen een waarschuwing over de gevolgen van jaloezie en het veroorzaken van schisma binnen de boeddhistische gemeenschap.
In het Engels: Devadatta
Let op: Onderstaande voorbeelden zijn enkel indicatief en weerspiegelen geen directe vertaling of citaat. Het is uw eigen verantwoordelijkheid om de feiten te controleren op waarheid.
Het Boeddhistische concept van 'Devadatta'
In de context van het boeddhisme, en specifiek in de Theravada traditie, is Devadatta een prominente figuur die wordt geassocieerd met schisma's, vijandschap tegenover de Boeddha en pogingen om hem te schaden. Verschillende teksten beschrijven Devadatta als een schismatieke figuur die de Sangha verdeelde en Ajatasattu beïnvloedde, wat leidde tot de moord op zijn vader [1]. Hij wordt vaak afgeschilderd als een personificatie van het kwaad, die jaloezie en onverdraagzaamheid tegenover de Boeddha belichaamt [2].
Devadatta's acties omvatten het aanzetten tot geweld, zoals het opstoken van Ajatasattu om de wilde olifant Nalagiri op de Boeddha los te laten [3]. Hij wordt beschreven als een persoon met slechte intenties, die het pad naar verlichting en compassie probeerde te blokkeren [4]. In verschillende verhalen wordt hij gezien als een vijand van de Boeddha die probeerde hem te doden of te benadelen [5]. Er is een waarschuwing voor zijn negatieve invloed en de gevolgen van zijn acties. De figuur van Devadatta staat in schril contrast met de Boeddha's leer van vergeving en mededogen [6].
In de Mahayana-traditie wordt Devadatta ook genoemd, hoewel de interpretaties kunnen verschillen. Hier kan hij worden gezien als een van de tegenstanders die de Boeddha op zijn pad tegenkwam [7]. Hij wordt beschreven als een figuur die een rots naar de Boeddha gooide, wat de vijandschap en uitdagingen symboliseert die de Boeddha ondervond [8]. Hij wordt soms geassocieerd met onvergeeflijke daden [9]. In sommige versies wordt Devadatta's relatie met de Boeddha in eerdere levens besproken [10].
In de Tibetaans-boeddhistische context wordt Devadatta minder prominent behandeld, maar hij kan worden gebruikt als een voorbeeld om concepten te illustreren, zoals de analyse van i-begrippen of de differentiatie van substanties [11] [12]. Hij kan ook worden gebruikt om argumenten over identiteit en beweging in de ruimte te verduidelijken [13]. De rol van Devadatta in de verschillende boeddhistische tradities benadrukt de complexiteit van de menselijke aard en de uitdagingen die worden geconfronteerd op het pad naar verlichting. De verhalen over Devadatta dienen als waarschuwingen over de gevaren van verkeerde intenties, schisma's en de afwijzing van de Boeddha's leer. Verschillende referentiecodes worden hier gebruikt, als voorbeelden om de verandering in iemands vermogens te illustreren, gebaseerd op hun eerdere toestand [14].
Het Hindoeïstische concept van 'Devadatta'
Devadatta, in de context van het ԻDZï, verschijnt in diverse rollen en betekenissen. Binnen het Vaishnavisme is Devadatta de naam van een vina, een oud snaarinstrument, geschonken aan Narada door godin Sarasvati [15]. In de Purana's is Devadatta geassocieerd met conch schelpen. Eén conch schelp wordt gebruikt om geluid te creëren [16].
Een andere conch schelp wordt gebruikt in de strijd, verbonden met de strijdkreten van helden [17]. Een grote conch schelp, teruggevonden door Maya, produceert een luid geluid en wekt angst [18]. Verder is er een bekende Brahmaan uit Kosala die de Puttreshti offerde om kinderen te krijgen [19].
In de Kavya-traditie is Devadatta één van Govindadatta's zonen, die ascese beoefent en kennis zoekt, wat leidt tot een romantische verwikkeling [20]. Binnen de Vyakarana (grammatica) vertegenwoordigt Devadatta een persoon die metaforisch kookt, wat acties naar een resultaat representeert [21].
Hij wordt ook gebruikt als een voorbeeld in vergelijkingen [22]. De dood van Devadatta wordt gebruikt om de verrassing van een ontmoeting met een bandiet te benadrukken [23]. Hij is een naam die de consumptie van gerstegrut illustreert [24].
Devadatta wordt ook genoemd in discussies over duisternis [25] en het concept van sampradana [26]. Devadatta wordt gebruikt in de context van secundaire maten [27] en bij het herinneren [28]. Hij dient als voorbeeld in vergelijkingen over fysieke eigenschappen [29] en zijn bestaan wordt bevraagd [30].
In de Vedanta wordt Devadatta gebruikt als voorbeeld voor de aard van de ziel en het lichaam [31]. Hij wordt gebruikt om de schijnbare eigenschappen van geboorte en beweging te illustreren [32] en om de toestand van slaap uit te leggen [33].
Het Jainistische concept van 'Devadatta'
In Jainism, Devadatta is a slave-girl whose disappearance prompts King Udayana's swift actions [34].
This story also features a hunchbacked slave-girl. She performs rituals before the Arhat's image, showing devotion across classes [35].
Het begrip van Devadatta in lokale en regionale bronnen
Devadatta, een leerling van Boeddha, probeerde hem te doden uit jaloezie, wat leidde tot lijden [36]. In Zuid-Azië wordt hij geassocieerd met een stenen cel, gebruikt voor meditatie [37]. Deze figuur daagde Boeddha uit met onder meer vergiftiging, met ernstige gevolgen [38].
Hij veroorzaakte ook onrust door een steen van de berg te rollen, wat de conflicten in de boeddhistische gemeenschap weerspiegelt [39]. Historisch gezien is Devadatta ook de vader van Nityananda [40].
Bronnen en referenties om verder te lezen
Bovenstaande opsomming is gebaseerd op een aantal (Engelstalige) artikelen in het Boeddhisme, Hindoeïsme, Jainisme, Geschiedenis en andere spirituele tradities. De gebruikte bronnen en meer informatie over waar “Devadatta� symbool voor staat kun je hieronder vinden ter referentie:
-) A Discourse on Paticcasamuppada door Venerable Mahasi Sayadaw: ^(1)
-) Jataka tales [English], Volume 1-6 door Robert Chalmers: ^(2), ^(4), ^(5)
-) Vinaya Pitaka (3): Khandhaka door I. B. Horner: ^(3)
-) Abhidhamma in Daily Life (by Ashin Janakabhivamsa) door Ashin Janakabhivamsa: ^(6)
-) Maha Prajnaparamita Sastra door Gelongma Karma Migme Chödrön: ^(7), ^(8), ^(9)
-) Lotus Sutra (Saddharma-Pundarika) door H. Kern: ^(10)
-) Tattvasangraha [with commentary] door Ganganatha Jha: ^(11), ^(12), ^(13), ^(14)
-) Garga Samhita (English) door Danavir Goswami: ^(15)
-) Mahabharata (English) door Kisari Mohan Ganguli: ^(16), ^(17), ^(18)
-) Devi Bhagavata Purana door Swami Vijñanananda: ^(19)
-) Kathasaritsagara (the Ocean of Story) door Somadeva: ^(20)
-) Vakyapadiya of Bhartrihari door K. A. Subramania Iyer: ^(21), ^(22), ^(23), ^(24), ^(25), ^(26), ^(27), ^(28), ^(29), ^(30)
-) Brahma Sutras (Shankaracharya) door George Thibaut: ^(31)
-) Mandukya Upanishad (Gaudapa Karika and Shankara Bhashya) door Swami Nikhilananda: ^(32)
-) Prashna Upanishad with Shankara’s Commentary door S. Sitarama Sastri: ^(33)
-) Trishashti Shalaka Purusha Caritra door Helen M. Johnson: ^(34), ^(35)
-) Buddhist records of the Western world (Xuanzang) door Samuel Beal: ^(36)
-) The travels of Fa-Hian (400 A.D.) door Samuel Beal: ^(37), ^(38), ^(39)